Spar (Fijn)
Algemene kenmerken van een Spar (Fijn)
De Fijnspar staat vooral bekend wegens gebruik als kerstboom, maar deze zeer grote conifeer, die in het Engels Norway Spruce heet, wordt het meest voor de productie van vurenhout gebruikt. De boom is in grote delen van Noord- en Midden-Europa inheems en vormt geregeld een kruising met de Siberische spar. De Fijnspar, die scherpe naalden heeft, kan 40 tot 60 meter groot worden.
Kenmerken
Hoe plant je een Spar (Fijn)
Graaf het plantgat een derde dieper en breder dan de wortels. Zet de zaailing erin en houd hem daarbij iets hoger dan de uiteindelijke plantdiepte, in plaats van helemaal op de bodem van je kuil. Uiteindelijk moet de wortelhals op de grens komen tussen grond en lucht. Bij sommige bomen zie je op de wortelhals ook wat ribbeltjes, wat het makkelijker maakt. Als je de boom erin zet, houd deze dan stabiel. De wortels mogen tijdens het planten niet omhoog wijzen en geen draai maken, anders wordt de boom instabiel of kan hij zichzelf wurgen. Zorg ook dat je de wortels zoveel mogelijk spreidt. De wortels krijgen zo voldoende doorwortelbare ruimte.
Vul het gat met vochtige losse grond. Zorg ervoor dat de aarde die de haarwortels (de wortels die dunner dan 1 millimeter zijn) raakt goed verkruimeld is. Schud de boom iets op en neer, zodat de grond tussen de haarwortels komt.
Plaats circa 10 centimeter grond boven de haarwortels en druk het licht aan met de voet, zodat de wortels goed contact kunnen maken met het bodemvocht.
Kijk voor een uitgebreide plant instructie in de plant handleiding op onze website.
Hoe oogst je een Spar (Fijn)
Steek de spade op een afstand van 30 tot 45 cm van de stam diagonaal in de grond. Werk voorzichtig rondom de zaailing door de spade in een cirkelvormige beweging in de grond te steken. Gebruik de spade als hefboom om de zaailing voorzichtig los te maken, waarbij je probeert zoveel mogelijk van het wortelstelsel intact te houden. Til de zaailing uiteindelijk met beide handen uit de grond om schade aan de wortels te voorkomen.
Verzorgen en snoeien van je Spar (Fijn)
De boom vraagt weinig onderhoud, verdraagt snoei over het algemeen goed en kan makkelijk opgekroond worden wanneer dat nodig is.
Als je wilt snoeien, snoei dan in de late winter of vroege lente voordat de nieuwe groei begint. Deze timing helpt bij het voorkomen van ziekte-infectie en minimaliseert stress voor de plant.
Begin met het verwijderen van dood hout door terug te snoeien naar levend weefsel, zorg ervoor dat u uw snedes onder een lichte hoek maakt om waterophoping te voorkomen wat tot verval kan leiden. Laat geen stompjes achter omdat deze plaag kunnen aantrekken.
Snoei zieke takken door snedes te maken minstens een paar inch in gezond hout voorbij het zieke gebied. Gooi deze takken op de juiste manier weg; composteren verspreidt ziekten.
Waar groeit een Spar (Fijn)
De fijnspar komt voor in grote delen van Eurazië. In de Alpen komt hij voor tot ongeveer 2000 meter hoogte. In Nederland en Vlaanderen is de boom niet inheems. Hij is massaal aangeplant in de tijd van de herbebossing, eind 19e eeuw/begin 20e eeuw, meestal in productiebossen. Hij groeit het beste op een vochthoudende, lemige en zure bodem.
Algemeen
Origine |
Uitheems
|
Boomtype | Naaldboom |
Lengte en leeftijd
Lengte in ca. 10 jaar | 5 tot 10 Meter |
Voortplantingsrijp in hoeveel jaar | 20 tot 50 Jaar |
Maximale leeftijd | 100 tot 300 Jaar |
Benodigde ruimte | 25 tot 36m2 |
Groeisnelheid |
Vermeerdering
Voortplantingsmethode |
Maakt zaailingen
|
Verspreidingssnelheid/vermeerdering |
|
Boom is zelfbestuivend | Nee |
Snoeiperiode
Deze boom is bladhoudend | Nee |
Zomer | Niet snoeien in de zomer |
Winter | januari tot maart |
Bladvormen | Naaldvormig |
Gemakkelijk te snoeien | Ja |
Kenmerken Bast zaailing (50-200cm)
Kleur |
Kenmerken Knop (50-200cm)
Kleur | |
Knop stand |
Eindstandig
|
Knop vorm |
Eivormig
|
Overige
Wortel |
Breed wortelstelsel
Oppervlakkig wortelend
|
Bloei |
Heeft kegels
|
Windgevoeligheid | Gevoelig (zee)wind |
Ziektes
Is gevoelig voor de volgende ziekten |
Letterzetter (Naald-bomen)
|
Oogst/herkenning in de winter
De Fijnspar is te herkennen aan de horizontale stand van de takken, behalve in het bovenste deel van de kroon, daar zijn de takken omhoog gericht. Op latere leeftijd krijgt de boom meer doorgebogen takken. De naalden staan radiaal rond de tak, de kegels hangen aan de onderzijde van de twijg. Knoppen zijn bruin en eivormig, met een puntige top. Ze zitten dicht bij elkaar aan de uiteinden van de takken.
Geschikte grondsoorten voor de Spar (Fijn)
Grondsoort | Geschiktheid |
---|---|
Lichte klei |
|
Zware klei |
|
Zand |
|
Veen |
|
Leem |
|
Moerig op zand |
|
Lichte zavel |
|
Zware zavel |
|
Geschikte waterstand voor de Spar (Fijn)
Geschikte zuurtegraad voor de Spar (Fijn)
Voedingsbehoefte Spar (Fijn)
1. | Zeer voedselarme bodem |
2. | Zeer voedselarme tot voedselarme bodem |
3. | Voedselarme bodem |
4. | Voedselarme tot matig voedselrijke bodem |
5. | Matig voedselrijk bodem |
6. | Matig voedselrijk tot voedselrijke bodem |
7. | Voedselrijke bodem |
8. | Uitgesproken voedselrijke bodem |
9. | Zeer uitgesproken voedselrijke bodem |
Vochtigheid
1. | Extreem droge bodems |
2. | Extreem droge tot droge bodems |
3. | Droge bodems |
4. | Droge tot droge/vochtige bodems |
5. | Droge/vochtige bodems |
6. | Droge/vochtige tot vochtige bodems |
7. | Vochtige bodems |
8. | Vochtige tot natte bodems |
9. | Natte bodems |
Lichtbehoefte van de Spar (Fijn)
Bij welke streek past deze boomsoort?
Streek | Geschiktheid |
---|---|
Wadden en noordelijke duinstreek (duinstreek ten noorden van Bergen): TEXEL |
|
Drents Plateau en Friese Wouden: SMILDE |
|
Friese en Groningse zeeklei: FRANEKER EN LOPPERSUM |
|
Friese Meren tot Weerribben: SNEEK EN GIETHOORN |
|
Reestdal: OUD-AVEREERST |
|
Vechtdal: OMMEN |
|
IJsseldal: DEVENTER |
|
Regge en Sallandse Heuvelrug: NIJVERDAL |
|
Twente: DENEKAMP |
|
Achterhoek: WINTERSWIJK |
|
Gelderse Poort en Pannerden (Oostelijke Rijn: Millingerwaard, Ooijpolder tot Arnhem): LOO |
|
Rijk van Nijmegen (Stuwwallen m.u.v. Rijn en Maas): BERG EN DAL |
|
Brabantse Maasstreek: HAARSTEEG |
|
Limburgse Maasstreek: TEGELEN |
|
Brabantse zandgronden: BREDA EN EINDHOVEN |
|
De Peel: VENHORST |
|
Limburgs heuvelland: VALKENBURG |
|
Zeeuwse zandgronden: BURGH-HAAMSTEDE |
|
Zuidwestelijke zeekleipolders (Zeeuwse en Zuid-Hollandse zeekleipolders): ACHTHUIZEN |
|
Laaglandrivieren (Rotterdam, Dordrecht, de Lek, de Betuwe): ALBLASSERDAM EN ECHTELD |
|
Centrale stuwwallen (Het Gooi, Utrechtse Heuvelrug, Veluwe en Gelderse Vallei): HILVERSUM EN OTTERLO |
|
IJsselmeerpolders en Zuiderzeedijken: DRONTEN |
|
Hollands en Utrechts laagveengebied: BROEK IN WATERLAND EN NIEUWKOOP |
|
West-Friesland: SPANBROEK |
|
Kalkrijke Hollandse duinstreek: VELSEN-NOORD EN WASSENAAR |
|
Kop van Overijssel |
|
Toe te passen in landschappen
Landschap | Geschiktheid |
---|---|
Voedselbos |
|
Haag |
|
Heg |
|
Bos |
|
Voederhaag |
|
Achtertuin |
|
Kleine achtertuin |
|
Solitair |
|
Houtwal |
|
Cultuurhistorische waarde
Insecten
Hoeveel insecten leven er gemiddeld op deze boom/plant? | 70 |
Welke insecten groepen leven op deze boom/plant? |
Zweefvliegen
Luizen
|
Zijn er insecten afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten insecten zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Vogels
Gemiddeld aantal vogels per boom/plant? | |
Welke vogel groepen leven op deze boom/plant? |
Zwarte mees
Kuifmees
Kruisbek
Goudhaantje
|
Zijn er vogels afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten vogels zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Zoogdieren
Gemiddeld aantal zoogdieren per boom/plant? | |
Welke zoogdier groepen leven op deze boom/plant? |
|
Zijn er zoogdieren afhankelijk van deze soort? | Nee |
Welke soorten zoogdieren zijn er afhankelijk van deze boom/plant? |
Bloeiperiode
Zomer | april tot mei |
Boomsoorten
Boomsoorten waarbij deze boom graag staat |
|
Geschikt voor zoogdieren?
Zoogdier | Geschiktheid |
---|---|
Eekhoorn |
|
Fret |
|
Herbivore knaagdieren |
|
Hert |
|
Geit |
|
Hond |
|
Kat |
|
Zwijn |
|
Vossen |
|
Varken |
|
Schaap |
|
Ree |
|
Paard |
|
Muis |
|
Mens |
|
Koe |
|
Kip |
|
Dassen |
|
Bevers |
|
Toelichting
Eetbaarheid
- Giftig: Deze boom of struik is giftig voor zoogdieren en absoluut ongeschikt om te eten.
- Zeer ongeschikt: Deze boom of struik is ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan schadelijk zijn.
- Ongeschikt: Deze boom of struik is meestal ongeschikt voor consumptie door zoogdieren en kan nadelige effecten hebben.
- Matig geschikt: Deze boom of struik is in beperkte mate geschikt als voedsel voor zoogdieren, mogelijk met bepaalde risico's of beperkingen.
- Geschikt: Deze boom of struik is over het algemeen geschikt als voedsel voor zoogdieren, met weinig tot geen risico's.
- Zeer geschikt: Deze boom of struik is zeer geschikt als voedsel voor zoogdieren, veilig en van hoge voedingswaarde.
Stam hoogte
Gemiddelde stam hoogte (hg) van de grondvlakmiddenboom
Informatie niet beschikbaar
Stam diameter
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom.
Informatie niet beschikbaar
Biomassa bovengronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Biomassa ondergronds
in hele kgInformatie niet beschikbaar
Stoffenbinder
Welke stoffen kunnen worden gebonden of opgenomen? |
CO2
Fijnstof
|
Koolstofattractie (kf)
(dg) (1,30m) van de grondvlakmiddenboom | Loofbomen (Kf = 0,48) |
Opwarming
Deze boom is goed bestand tegen de opwarming (plus 3 graden) van ons klimaat en past in de toekomst van ons klimaat (hitte en droogte bestendig) en past in de toekomst ook goed in Nederland. | Nee |